Bij baarmoederhalskanker denk ik gelijk aan HPV, maar mij is verteld dat mijn soort kanker een snel delende, agressieve tumor was. Geen HPV dus. Het is ‘fijn’ dat deze vorm niet zo vaak voorkomt, omdat hij dus snel delend is. Maar goed, ik was ondertussen wel de Sjaak. Dat verklaart ook waarom de artsen er op stonden dat ik zo snel mogelijk met m’n soort chemokuur moest starten.
Mijn soort kokosnoot was een NEC: neuro-endocrien carcinoom in m’n cervix (baarmoeder). De kans is groot dat ik deze NEC heb gekregen door domme pech. De vorm zegt al veel over de kokosnoot: snel delend. Dat betekent dat deze jongen zich waarschijnlijk heeft gedeeld in een paar maanden. Bij HPV kan het vele jaren duren voordat hij zich zo groot maakt in vergelijking met een NEC. En groot was die.. Moet je je voorstellen dat je baarmoeder tussen de 8 en 10 centimeter is en dat m’n kokosnoot een diameter had van 6.6 centimeter! Achteraf kan ik me er weinig bij voorstellen dat ik er niks van heb gemerkt. Hij heeft m’n baarmoeder omhoog geduwd… nooit wat van gemerkt/gevoeld.
Aangezien deze soort kanker niet vaak voorkomt, is er weinig over te vinden. Ik had een brochure van het KWF over baarmoederhalskanker. Alles wat er in stond, ging over HPV. Er werd verteld hoe baarmoederhalskanker ontstaat en wat de oorzaken kunnen zijn. Dat zijn onderwerpen die ik erg interessant vind, aangezien die mij aangaan. Maar helaas, ik had weinig aan die antwoorden die in de brochure stonden.
Ik ben niet van het opzoeken op internet, dat is iets wat ik ook zo min mogelijk heb gedaan. Dat deed ik bewust, aangezien er ook heel erg veel doemverhalen op het internet staan. Je kent de verhalen wel: je hebt pijn aan je grote teen, zoekt het op Google en morgen ben je dood. Als ik een brochure heb, waarin weinig te vinden staat over mijn soort, vind ik dat best jammer. Niet alleen de brochure is HPV gericht, ook allerlei andere dingen. Zo kwam ik nooit dezelfde chemokuur tegen die ik ook had gehad, totdat ik ging zoeken op NEC. Eindelijk las ik dingen die voor mijn chemokuur en dus ook kokosnoot golden! Dat was ook gelijk weer goed voor m’n geheugen, aangezien ik sommige dingen alweer vergeten was 🐠
Ik dank God op m’n blote knieën (ook al ben ik niet gelovig) dat ik stadium 1B had: GEEN UITZAAIINGEN! Toen ik voor het eerst naar de gynaecoloog in het Erasmus MC ging, was ik zo bang dat ze tegen me zouden zeggen: Sanne, het zit hier, hier, hier en hier. We kunnen niks meer voor je doen. Dat was een enge gedachte. Gelukkig nergens voor nodig geweest!
Als ik een kuur had, had ik deze altijd op woensdag. Ik moest me eerst melden op de NG afdeling op de 12e verdieping. Eén ding kan ik je zeggen: de 12e verdieping is hoog! Vanuit m’n ‘hotelkamer’ keek ik zo over Rotterdam heen. Bij m’n eerste kuur heb ik samen met m’n broer uit zitten vogelen waar we allemaal naar keken, welke gebouwen het waren en waar precies het Centraal Station zat vanuit mijn kamer. Het uitzicht in de avond was wel tof met al die lichtgevende gebouwen.
Na het krijgen van m’n kamer werd daar eerst bloed geprikt om te controleren hoe m’n witte bloedcellen er aan toe waren. Dit werd vanaf m’n tweede kuur lekker uit m’n PICC lijn gedaan. Dat was zo fijn! Geen gedoe met aderen die niet te prikken waren! Lang leve de PICC lijn!💃🏼 Bij m’n eerste kuur werd dat met misprikkende infusen en stress gedaan. Stress kreeg ik zeker nadat meerdere keren mis werd geprikt. Ik zat daar voor de eerste keer, ik had geen idee wat me te wachten stond, dadelijk werd ik volg gespoten met gif en dan wordt je ook een aantal mis geprikt. Ik kan je vertellen dat dat niet fijn is voor je ontspanning.
Na een tijdje wachten kwam de zaalarts langs om te zeggen dat m’n waardes goed waren (of niet..), om vervolgens aangesloten te worden aan het infuus waar eerst vocht doorheen kwam. Heel veel vocht! Die chemo zou een aanslag zijn op m’n nieren en al dat vocht zouden m’n lieve nieren beschermen. Tijdens de gehele chemokuur (vanaf de eerste tot na de laatste) moest ik elke dag 2 liter water drinken. Dat ging me zo ontzettend makkelijk af . *AHUM!* Dat was iedere dag weer een strijd, aangezien ik zo’n ontzettend slechte drinker ben. Ik werd ook altijd stapelgek van de mensen om me heen die zaten te ‘zeuren’ dat ik moest drinken. Op dat moment stak ik m’n tong uit, maar dat zie ik nu natuurlijk anders in.
Wanneer het infuus leeg was met vocht, kreeg ik een klein zakje vocht waarin een middel zat wat tegen de misselijkheid hielp. Tijdens de kuur kreeg ik ook allerlei pillen om ervoor te zorgen dat ik niet misselijk zou worden. Al die pillen hielpen enorm! Tijdens één van de kuren had ik een gesprek met de verpleegkundige over het misselijk zijn. Ze vertelde me dat vroeger iedereen over de pot heen hing (niet mijn woorden). Toen ik aan haar vroeg hoelang geleden vroeger was, antwoordde ze dat dit zes jaar geleden was. Zes jaar? Dat is niet vroeger, dat is pas een paar jaar geleden! Moet je nagaan hoeveel andere, betere dingen ze nu hebben ontdekt in vergelijking met een paar jaar terug.
De verpleegkundigen waren echt engeltjes. Er zat er ook één tussen die een blijvende indruk heeft achtergelaten. Hij kwam met tips over vocht binnen krijgen door middel van eten en vertelde dat je ook mango kon eten. Dit zei hij niet als mango, maar als mang-gggo. Stiekem moesten we daar wel om lachen. Sindsdien eet ik geen mango meer, maar mang-go (vergeet het Rotterdams accent er niet bij).