Sinds m’n behandeling heb ik drie belangrijke principes:
Dit gold zowel tijdens m’n behandeling, maar ook zeker na m’n behandeling. Ik krijg het idee dat mensen me zielig vinden. Wanneer ik mensen tegenkom die niet weten over mijn kokosnoot, kan het zo zijn dat ik een gesprek met hen heb over van alles. Soms zijn het diepe gesprekken en kijken mensen met een blik van: wij hebben een diep gesprek. Zodra mensen er, tijdens dat gesprek, achter komen wat mijn verhaal is, verandert die hele blik. Van wij-hebben-een-diep-gesprek, naar ik-vind-je-zielig. Ik voel me daar heel naar bij wanneer mensen dit doen. Ik ben niet zielig. Dezelfde persoon staat nog steeds voor je als dezelfde persoon als waar je 10 seconde geleden mee stond te praten. Ja, het is naar wat er gebeurd is en tijdens m’n behandeling zag ik er uit als een gedrocht, maar ik ben niet zielig. Alles behalve.
Altijd ben ik heel open over mijn behandeling en vertel ik erover als men daar naar vraagt. Ik heb er ook geen probleem mee als mensen zelf over m’n kokosnoot beginnen. Er zijn momenten dat ik er uit mezelf over begin. Vaak genoeg heb ik al meegemaakt dat men voorzichtiger wordt met gesprekken bij bepaalde onderwerpen. Wanneer er onderwerpen in voorkomen zoals kanker krijgen en zwanger raken, merk ik vaak een sfeertje. Alsof mensen op hun tenen moeten lopen wanneer het over deze onderwerpen gaat. Ik vind dat jammer als dit gebeurt, want het geeft mij het idee dat mensen op een andere manier naar mij kijken. Ik wil niet anders behandeld worden, ik ben zoals ieder ander mens.
Dat terzijde, het is een ‘normaal’ onderwerp waar over gesproken kan worden. Het is geen taboe. Het wordt juist een taboe wanneer deze onderwerpen vermeden worden, dus wil ik er juist over praten. Het is geen verboden onderwerp. Wanneer er niet over gesproken wordt, kunnen mensen ook geen vragen stellen. Het zou er voor kunnen zorgen dat er aannames worden gemaakt. Ook dat is voor mij de reden dat ik er juist over wil praten.
Ik vertel liever mijn verhaal aan jou, met mijn waarheid, dan dat jij jouw ik-denk-dat-het-zo-ging-verhaal aan een ander vertelt en dat jouw versie niet klopt. Het is ook omdat ik af en toe last heb van kokosnoten emoties en ik het dus kwijt wil. Ik merk dat ik heel fijn kan praten met mensen om me heen, waar ik dit soort gesprekken wel vaker mee voer. De gesprekken zijn serieus, maar ik merk dat er een ontspannen sfeer is. Wanneer ik zo’n gesprek voer met mensen waar ik dit niet vaak bij doe, merk ik dat zij wat meer gespannen zijn. Dat merk ik aan hun lichaamshouding, of aan de spanning in hun gezicht. Soms zelfs ongemakkelijkheid.
Mijn drie principes zijn voor mij heel belangrijk en ik hecht daar veel waarde aan. Dit is voor mij wel een reden dat ik er in sommige situaties tegenop kijk om te vertellen over m’n kokosnoot. Het is fijn om op een normale manier bekeken te worden, zoals ieder ander. Ik ervaar het vooral bij nieuwe situaties of mensen. Ik vraag me weleens af hoe andere mensen, in een soortgelijke situatie, daar tegenaan kijken. Ervaren zij dit ook zo? Hoe gaan zij hier mee om?
Hoi Sanne,
Ik ben het helemaal met jouw drie principes eens!
Ook herken ik de reacties die je beschrijft, ik had dan wel een ander kankerbeestje en op een andere vrouwelijke plek, maar het medelijden dat mensen soms uitstralen bij het horen van het woord kanker..
Sommige mensen ontloop ik bewust omdat ze je dan met grote, medelijdende ogen aan gaan staan kijken en blijven zeggen: Ik vind het zoooooo erg voor je, ik denk de hele dag aan je. En die riedel draaien ze elke keer af als ze je zien. Zooo klaar mee, vraag hoe het is en toon belangstelling. Heb het desnoods over het weer, maar de hele dag aan mij denken? Geloof er niks van, ik dacht toen nog niet eens de hele dag aan mij.
Net begonnen met het lezen van je blog, heel veel herkenning en ook veel nieuws. Top!