Onderzoek
    Behandelplan deel 2

    Behandelplan deel 2

    Behandelplan deel 2

    De vorige dag had ik m’n behandelplan te horen gekregen en werd me gevraagd of ik van te voren m’n eierstokken wilde invriezen. De oncoloog en de gynaecoloog hadden me verteld dat ik er een nachtje over kon slapen, zodat ik er rustig over na kon denken. Na het nachtje slapen had ik er over nagedacht en ik had nog steeds dezelfde keuze als de dag ervoor: ik zou zo snel mogelijk starten met de behandeling.

    Tijdens dat gesprek van de vorige dag, vertelde ze mij wat het precies inhield en wat dat zou doen met m’n behandeling. Omdat het een ingreep was, moest ik daar ook van herstellen. Het was geen optie om die ingreep te krijgen en gelijk daarna te starten met de chemokuur. Dat betekende dus dat ik, door die ingreep, niet meteen kon starten met m’n behandeling. Ik merkte dat de oncoloog en de gynaecoloog het een beter idee vonden om gelijk te starten. Dit hebben zij mij nooit gezegd met die woorden, maar ik kon het er wel uit opmaken. Er werd me sowieso gezegd dat het belangrijk was om zo snel mogelijk te starten. Achteraf gezien snap ik waarom zij zo erg benadrukten dat ik zo snel mogelijk zou beginnen. M’n tumor heette niks voor niks een snel delende tumor.

    Risico?

    Zoals ik al zei, hoefde ik niet meteen daar een antwoord op te geven. Op het moment van het gesprek wilde ik zo snel mogelijk starten met de kuur. Later had ik er goed over nagedacht. De voordelen en de nadelen met elkaar vergeleken. Het punt is dat m’n leven me meer dierbaar is dan een genetisch kind. De kans werd steeds groter en groter dat er ergens een uitzaaiing zou komen als ik niet zou starten met m’n behandeling. De kans zou ook aanwezig zijn dat er ergens in die ingevroren eierstok één verkeerde cel zit, wordt terug geplaatst en zich dan weer gaat delen. Dan ben ik weer terug bij af. Wil ik dat risico lopen?

    De volgende dag heb ik een aantal gesprekken gehad met m’n schoonzus. In mijn omgeving was zij de enige die recentelijk een kind had gehad. M’n nichtje was op dat moment ongeveer 1,5 jaar. Met haar heb ik alle opties afgewogen. Wel die ingreep, niet de ingreep? Wat zijn de risico’s? Hoe zou ik het vinden als ik een kind krijg, dat genetisch niet van mij is? Zou ik daar anders naar kijken? Zou ik daar hetzelfde voor gevoel bij krijgen als m’n eigen kind met mijn DNA?

    Het belangrijkste uit al die gesprekken met meerdere mensen, kwam toch één ding elke keer terug: vind ik het, het risico waard om genetisch m’n eigen kindje te krijgen? Wanneer ik elke keer die vraag wilde beantwoorden, bleef m’n antwoord: nee!

    Mijn Kokosnoot - Liefs Sanne - Sanne Ritmeester

    Geef een reactie

    Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *